Skip to main content

De Glimlach van Zen

Is wat jij doet werkelijk zo belangrijk?

Overkomt jou dat ook wel eens? Dat je opeens stilstaat bij een handeling of activiteit en je jezelf afvraagt 'Waar doe ik het eigenlijk voor?'Wat is de zin of het nut ervan?', 'Wat bereik ik er werkelijk mee?', 'Moet dit me nu echt gelukkig maken?' Vaak zijn het dingen die je gewend bent te doen; dingen die je misschien al jaren doet; dingen die betekenis aan je leven geven. En toch…toch is er dan die gedachte die opeens vraagtekens zet bij wat je tot dan toe vanzelfsprekend en belangrijk vond. Laten we het voorzichtige bewustwording noemen, want meestal duw je zo'n corrigerende gedachte snel weg. Net alsof zo'n kritische gedachte ongewenst is. En dat is die ook. Voor je ego met name. Maar als zo'n gedachte zich eenmaal aangediend heeft, zal die vaker verschijnen. Het is aan jou wat je ermee doet. Je kunt zulke gedachten voor de rest van je leven wegduwen of je kunt nieuwsgierig zijn en de reden waarom je zo'n gedachte hebt onderzoeken.

Het volgende grappige verhaal gaat hierover. Het gaat over de waarde en het nut van wat we tijdens ons leven leren en praktiseren. Het is een verhaal met een glimlach.

De veerman en de monnik
Er was eens een veerman met twee zonen. Die leerden als kind al het vak en voeren met hun vader heen en weer over de rivier. Voor het overzetten van reizigers rekenden ze een bescheiden bedrag: één dubbeltje per persoon.

De oudste broer vond het werk als veerman eentonig en weinig geestverheffend. Hij besloot op zoek te gaan naar meer diepgang in zijn leven. Hij verliet het huisje aan de rivier, zijn ouders en zijn broer en nam zijn intrek in een boeddhistisch klooster.
De jongste broer besloot zijn vader op te volgen als veerman.

Na zeven jaar moest de oudste broer een keer op reis naar een ander klooster. Zijn weg bleek langs zijn ouderlijk huis te voeren. Hij klopte aan en er volgden hartelijke omhelzingen en vreugdetranen.

Na enige tijd nam de monnik weer afscheid en liepen beide broers samen naar het veerbootje. En de broer-veerman vroeg aan de broer-monnik: ‘Wat heb je nu eigenlijk de afgelopen zeven jaar in het klooster geleerd?’

‘Ik zal het je laten zien’, zei de monnik. Hij daalde af naar de oever van de rivier en liep over het water naar de overkant. Daar zwaaide hij nog een keer vaarwel en verdween tussen de bomen.
‘Dan is wat hij in die zeven jaar in dat klooster geleerd heeft, precies één dubbeltje waard’, zei de veerman tegen zichzelf. En volkomen tevreden hervatte hij zijn werk.


Plaats een reactie

Je plaatst een reactie als gast

Wie gingen je voor?